The Overlander's Way - Reisverslag uit Camooweal, Australië van Sanne Rijn - WaarBenJij.nu The Overlander's Way - Reisverslag uit Camooweal, Australië van Sanne Rijn - WaarBenJij.nu

The Overlander's Way

Door: Sanne

Blijf op de hoogte en volg Sanne

18 Februari 2014 | Australië, Camooweal

We hebben niet echt een planning (verrassing!) voor de route richting Uluru, die er overigens tot nu toe ongeveer hetzelfde uitziet qua landschap als de route richting Georgetown. Het eerste dorp waar we langskomen na Charters Towers is Hughenden. Ik heb iets gelezen over de Porcupine Gorge, 60 km van de route af.

Als we hier gaan tanken schrikken we al van de benzineprijzen... die liggen al zo'n 20 cent per liter hoger dan in Cairns. Bij het tankstation vragen we of de Gorge de moeite waard is. Zeker!, zegt de mevrouw en ze vindt zelfs een krantenartikel voor ons van een paar dagen geleden, waarin de Gorge geprezen wordt als de 'mini Grand Canyon' van Australië. Dat mogen we niet missen natuurlijk!

Onderweg passeren we veel vee op de weg. Blijkbaar is het hier ook ontzettend droog geweest (het ziet er hier zelfs nog droger uit dan op Paddys) en de enige groene plekjes zijn nog langs de weg te vinden, dus nu laten stations hun vee daar grazen uit wanhoop.

We komen om 15.30 aan in het park en eten even snel wat, voor we de Gorge nog in gaan. Het is een wandeling van 1.2 km return (naar beneden de gorge in is natuurlijk makkelijk, naar boven terug misschien wat lastiger!) en ik wil graag voor het donker teruggaan.

Hoewel het al einde van de middag is, is het nog behoorlijk heet en dus pittig zweten tijdens de wandeling. Het pad is gelukkig heel goed te doen, wel wat 'oneven' doordat het rotsachtig is, maar gelukkig niet langs diepe klifs enzo ;).

Als we eenmaal beneden zijn, blijken we in een prachtige gorge te zijn met rood, geel en wit zandsteen. De creek ligt echt heel laag en toont nog maar eens aan hoe weinig het heeft geregend de afgelopen tijd, maar hij is nog steeds prima voor een opfrisbeurt! Aangezien we de hele gorge toch voor onszelf hebben, trek ik mijn kleren uit en neem een bad.

We besluiten niet te ver door de gorge te gaan lopen, omdat het bijna donker wordt. We kunnen altijd morgenochtend nog een kijkje gaan nemen. Tegen de tijd dat we weer naar boven gelopen zijn, zijn we alweer toe aan een duik in de creek, want het is nog steeds enorm benauwd. 'Kunnen ze die creek niet naar boven brengen?!'

Als we terug bij de auto zijn, komt de enige andere gast op de camping (een nationaal park camping, dus enige faciliteit is een drop-down wc) een praatje met ons maken, een klein, rond mannetje met een enorme snor, ergens in de 50 schat ik hem. We maken zo een praatje en dan vraagt ie of we al 'tea' hebben gehad, oftewel: hebben jullie al gegeten?
Nou, toevallig nog niet. Hij blijkt net zijn dochter te hebben afgezet op een cattle station, waar ze gaat werken voor een jaar, en is nu op de weg terug naar Rockhampton. Hij is gewend om voor 6 kinderen te koken (!) en heeft dus veel te veel eten voor alleen hemzelf bij zich. Of we trek hebben in wat steak met aardappels en groenten? Klinkt hemels! 'Zie je wel', zegt Nick, 'dat we geen eten mee hadden hoeven nemen.'

Neil heet ie en hij heeft echt een geniale opzet van zijn trailer, die Aussies weten wel hoe ze moeten kamperen! HIj heeft een zelfgebouwde trailer van ongeveer 2.5 bij 2 meter. Daaruit komt een tent zetten van een meter hoog en een meter of 5 naar buiten. Bovenop de trailer heeft hij een kingsize bed voor hem en zijn vrouw en zijn kinderen sliepen met zijn zessen in de tent. Aan de andere 2 kanten van de trailer zit een soort keukentje en er komt ook nog een bbq uitvouwen.

Neil blijkt een grappige vent en het wordt een gezellige avond. Als voorgerecht krijgen we 'beef sausages' en daarna smullen we van het hoofdgerecht. Wat een luxe! Na het eten komt er ook nog een fles rum op tafel en ik kan je vertellen, die Neil schenkt niet zuinig. Na een drankje of drie voel ik hem al behoorlijk zitten zeg maar.

We komen van alles te weten over Neil (ze noemen hem blijkbaar 'the cranky electrician', merken wij helemaal niks van! Komt misschien door de rum zegt ie ;)) en zijn familie (wat zijn vrouw doet, waar ze wonen en hoe het is om zes kinderen te hebben). Ondertussen worden we trouwens aangevallen door vliegende mieren die op ons licht afkomen, terwijl er ook nog rode mieren aan onze voetjes knabbelen... Niks wat je met wat aangepaste houdingen en nog wat meer rum niet kunt oplossen (/voelen).

Hij vraagt ons uiteraard ook wat onze planning is en we laten hem onze route zien op de kaart. 'Oh... you know the Pommy (= hoe ze hier Engelsen noemen) story do you?' 'No, we don't...' Áh, shit, I shouldn't have brought it up, sorry. I thought you would know it!' Nou wil ie het eigenlijk niet meer vertellen, maar ja, nu ben ik natuurlijk al nieuwsgierig!

HIj pakt de kaart erbij om te vertellen waar het verhaal zich afspeelt, maar in de periode dat hij de kaart heeft gevonden, de plaats op de kaart waar hij iets over wil vertellen heeft gevonden en dan nog zijn bril heeft gevonden en opgezet, doet de rum zijn werk en is hij vergeten wat hij wilde vertellen. Dus krijgen we een heel verhaal over de route die hij heeft genomen toen hij Uluru bezocht.

'Uh Neil.. the Pommy story?' 'Right, that was what I was going to tell you! The Pommy story!' Daarop vertelt ie het verhaal van een jong Engels stel dat 's nachts (why oh why?!) over de snelweg reed tussen Alice Springs en Darwin, toen er een auto naast ze kwam rijden, waaruit de bestuurder zei dat hun motor in de brand stond. Dus zetten ze de auto aan de kant en stapte de mannelijke helft uit om achter de auto te kijken, waarop de vrouwelijke helft een knal hoorde, waarvan ze niet wist of het een pistool was of de motor. Niet veel later wist ze genoeg, toen ze de auto uit gesleurd werd en vastgetekend in de achterbak van een ute. Daaruit wist ze te ontsnappen en langs de snelweg werd ze opgepikt door passerende roadtrain. Het lichaam van haar vriend werd nooit meer gevonden.. 'Thanks Neil, great story!' ;)

Ineens is het 23.30 en hebben we afgesproken met Neil om de volgende ochtend om 06.00 (voor de hitte) de gorge in te gaan wandelen. Als ik op de verlaten camping mijn oogjes probeer te sluiten kan ik moeilijk de slaap vatten.. er zit een of ander Pommy verhaal in mijn hoofd! Het feit dat ik iets om de auto hoor tippelen helpt niet mee, maar het blijkt een kleine kangaroo te zijn blijkt (of zoals Neil ze noemt: 'kangaroo rats').

De volgende ochtend weten we onszelf zowaar uit bed te slepen en zijn we niet heel veel later dan 06.00 klaar voor de wandeling de gorge in. We moeten een beetje rustig aan doen voor Neil, want die is nogal krakkemikkig (het is nogal een lijst: slechte knieën, slechte schouders, rug ooit gebroken.. ik kan nog wel ff doorgaan).

We zijn bijna beneden als het heeeeeeeel hard begint te regenen, dus eenmaal beneden aangekomen schuilen we snel in een grot. Het regent voor een minuut of vijf en dan houdt het weer op, waarop we iets verder de gorge inlopen.. en het weer begint te gieten. Dus, terug naar onze grot. Dit keer is het een iets serieuzere bui die behoorlijk aanhoudt en na enige tijd begint het water van de muren van de gorge af te stromen (vooral over het pad dat wij naar beneden gekomen zijn!).. en de creek begint te vullen.

De gorge is een meter of 50 breed en de creek nu misschien 10 meter, dus ik maak me niet echt zorgen, totdat Nick aan Neil vraagt: 'What do you know about flash flooding?' Uh.. hallo?!

'That will make a nice article in the paper', zeg ik tegen Neil, 'Aussie gets two you Dutchies killed in flooded gorge'. Nee joh, zegt Neil, hij heeft een systeempje bij zich: SPOT. Daar zit een GPS tracker op en een 'SOS' knop, dus hij kan altijd gewoon een helikopter laten komen haha.

Gelukkig wordt het na een minuut of 10/15 weer droog en ziet de gorge er geweldig uit, omdat de regen de rode kleuren naar boven heeft gebracht en de gaten in de rotsen op de grond met water heeft gevuld, terwijl er van de muren nog steeds watervalletjes afstromen. We lopen met Neil water dieper de gorge in voor een prachtige wandeling. Geweldig om weer op zo'n plekje te zijn en het ook nog helemaal voor onszelf te hebben!

Inmiddels hebben we allemaal behoorlijk honger en gaan we weer naar boven, waar Neil, ras-papa als hij is, een verrukkelijke smoko met eieren en worst voor ons bouwt. Ik mag die vent wel! Hij zit trouwens op zijn campingstoeltje van de picknicktafel te eten, waardoor ongeveer alleen zijn hoofd en zijn armen boven de tafel uitkomen. Hilarisch gezicht: 'You're like a midget!' 'That's alright, I can handle it', zegt Neil lachend.

Na de smoko nemen we afscheid, maar niet voor Neil ons zijn details heeft gegeven en zijn dochters hengel. Die heeft ze nl. in de auto laten liggen en wij rijden toevallig de kant van de station op, dus die kunnen we mooi even afdroppen (de station ligt maar 8 km van de weg). Tussen neus en lippen door vertelt hij nog even dat die hengel 250 AUD kost. Haha, hij moet ons wel echt vertrouwen dan! Wat een top vent.

Op de terugweg richting de hoofdweg stoppen we bij de 'points of interest'. De ene is een 'whistling' bore. Ze hebben hier geprobeerd een watergat te graven, maar nu komt er alleen maar wind uit, best grappig :D. De andere is een oud graf van een postbode, die hier in de outback eens per paar weken op zijn paardje zijn ronde deed, maar op een van die rondes ongelukkig genoeg was om neergespeerd te worden door een groep Aborigines. Arme man. Het laatste punt is een uitzichtpunt waar je over een heel groot deel van de gorge heen kan kijken... en waar de batterij van mijn camera leeg is. Aaarrgghhh soms zou ik een stopcontactje in de auto willen hebben! (We hebben uiteraard wel USB lader, maar daar reageert mijn camera dan weer niet op... life's a bitch)

De eerdere planning om vooral niet op het heetst van de dag te gaan rijden valt weer eens in het water en als we om 11.00 gaan rijden is het alweer behoorlijk heet, om tussen 12.00 en 16.00 nog wat extra graadjes daar bovenop te doen.

Als ik in Richmond aankom ben ik dolblij om een meer te zien, maar als ik de auto uitstap besluit ik bij nader inzien dat ik toch maar niet wil zwemmen. Het stinkt ongelooflijk! Er staat nog wel een soort grote paddestoel waar water vanaf komt en een paar waterkanonnen. Mogelijk bedoelt als speeltuin? Werkt ook prima als douche ;).

We besluiten dan we wel zien hoe ver we komen met rijden vandaag, onderweg is er nl. niet heel veel meer te zien (behalve natuurlijk de sporadische tegenligger op de weg, een hele attractie!! zeker het busje met 'explosives' erop en rode vlaggetjes...). Tegen het einde van de middag zien we overal om ons heen donkere wolken en regen (zie ik overigens graag onze kant opkomen, heerlijk een beetje regen!). Een geweldig gezicht, omdat je hier zo verschrikkelijk ver kunt kijken, aangezien er niks is en het plat is.

Na een uurtje ongeveer rijden we er ook echt werkelijk in en gaat het los, we zien geen steek meer en zodra we het eerstvolgende dorp inrijden, besluiten we daar te kamperen. Net op tijd, want dan begint het ook nog behoorlijk te onweren.

Het blijft de hele avond regenen en dus zit er niks anders op dan de avond in de kamp kitchen door te brengen, waar gelukkig een grote flat screen hangt. Dat in combinatie met een goede film op tv zorgt ervoor dat ik uiteindelijk pas om 23.30 in bed lig. Het meest spannende van de avond is trouwens dat de stroom steeds aan en uit gaat en ik af en toe dus even in het pikkedonker zit. Voor degene die dat niet weten: vind Sanne niet zo leuk.

De volgende ochtend word Nick helemaal gek, want de Super Bowl blijkt op tv! 'Vind je het erg om dat hier te kijken?' 'Uh nee, ik ga wel schrijven'. Dus installeren we ons weer in de kamp kitchen, maar niet voor lang.. de caretaker is namelijk een van de chagrijnigste mensen die ik ooit in mijn leven heb ontmoet en die kickt ons van de camping af, want: '10 AM is check out time in whole Australia and I need to clean up here!' Er is echt verder niemand op de camping en bovendien zei hij eerder al dat ie had schoongemaakt. Maar ja, de baas z'n wil is wet, dus de Super Bowl kan niet afgekeken worden.

Ik heb trouwens wel lang genoeg achter mijn laptopje gezeten om te kunnen lezen dat mijn moeder haar ticket naar Nieuw Zeeland heeft geboekt!! Wat een stoer wijf :D. Ze komt echt, het is zoooo super tof! Betekent dat ik nu het een en ander moet gaan regelen, mijn ticket naar NZ wijzigen bijvoorbeeld.

Ondertussen twijfelen we over wat onze volgende stop gaat zijn. Neil heeft ons verteld over 'lawn hill gorge', een nationaal park ongeveer 200 km van de route af (dus 400 return). Best een stuk natuurlijk, maar Neil was er erg enthousiast over! Het dingetje is alleen dat het ook nog 200 km over een dirtroad is en we er niet zeker van zijn dat het wijs is om dat na al die regen te gaan doen. Na lang wikken en wegen besluiten we dat we het toch geen goed idee is en gaan we over de main road verder richting Tennant Creek en Alice Springs.

Op de route komen we langs Cloncurry en inmiddels is het weer eens 14.30 en HEET! Tijd voor een ijsje, dat we halen bij het visitor's center, waar we meteen even kijken wat hier te doen is. Er staat een enorm grappig klein wijffie uit de UK achter de balie, die onze accenten als 'US & Canadian' inschat. Wow, das wel behoorlijk goed ingeschat zeg maar ;). Ze is een beetje over ons aan het moederen (zegt ze ook gewoon :)) en ruimt de papiertjes van onze ijsjes netjes op als we klaar zijn met eten. Ze likt zeg maar nog net niet aan haar vinger om onze mondhoeken schoon te maken. De andere medewerkster van het centrum komt zich ook met het gesprek bemoeien en zo hebben we ineens twee moeders ;).

Ze vertellen ons dat ze hier al twee jaar (!) geen regen hebben gehad en er behoorlijk naar uitkijken om de rivier weer te zien stromen. We moeten volgens hen wel heeeeeeel voorzichtig zijn, omdat het water ineens heel hoog kan opkomen en we dan de weg niet meer overkunnen. Dat hebben we natuurlijk al begrepen toen we op Paddys werkten, maar we knopen het maar nogmaals in onze oren. En hebben we wel genoeg water bij ons? Ja, hebben we ook.

Ondertussen staan we meer dan een half uur te ouwehoeren en tikken de uurtjes van de dag weer verder weg. De dames geven ons een paar leuke tips: er is een museum over the Royal Flying Doctors Service (die hier begonnen is!) en er is 30 km verderop een verlaten uranium mijn en een daarbij behorend spookdorpje. Onze moeders hebben liever niet dat we het allebei vandaag nog doen, want dan is het straks al donker en waar gaan we dan slapen?!

Als we vervolgens naar het museum gaan, vinden we daar NOG een overbezorgde moeder. Kijken we wel uit met al die regen om ons heen enzo? En er is ook heel veel vee op de weg vanwege de droogte, passen we daar ook wel voor op?! Jaja... mogen we nu in het museum in? Dat zeggen onze gezichten waarschijnlijk, want ze zegt: 'Okay, I'll stop talking now'.

Het is inderdaad een boeiend museum! In de tijd van de eerste 'white settlers' was er hier natuurlijk nog helemaal niks en was het leven heel hard in de outback. Mensen woonden in houten of ijzeren hutten, met vaak een 'dirt floor'. Er was geen school of dokter in de meeste dorpjes uiteraard. En dus kwam reverent Flynn op het idee om vliegende dokter te maken, zodat ook de outback voorzien was van de nodige medische hulp.

Toen dat van de grond kwam (letterlijk dus, grinnik) door de ontwikkelende vliegtechnieken en een ontmoeting met de oprichter van Qantas (die toevallig ook in Cloncurry begon!), was het enige probleem nog dat er moeilijk contact gemaakt kon worden met de mensen op de stations. Dat ging eerst nog van mond tot mond, waardoor hulp uiteraard vaak nog steeds te laat kwam. Toen bedacht iemand een radio die door te trappen (zoals op een fiets) voorzien kon worden van energie (er was toen zeker nog geen electriciteit op de stations). Geniaal natuurlijk!

Reverent Flynn had ondertussen ook wel gezien dat er veel eenzame kindjes waren op de stations, die niet geschoold werden en daarom bedacht hij 'the School of Air'. Kinderen werden via de radio verbonden met elkaar en met een juffrouw of meester, die hen onderrichtte en schoolopdrachten gaf. Die school bestaat nu nog steeds, alleen gaat het nu uiteraard via internet.

Als we het museum doorlopen hebben, meldt onze derde moeder nog even dat er een storm op komst is over Mt Isa, onze volgende bestemming. Misschien kunnen we beter niet de weg meer op gaan? Het is inmiddels toch al 16.30, dus we besluiten hier maar te gaan kamperen. Het is nog best een groot dorp, er is zelfs een Woolies waar we boodschappen kunnen doen!

Als we op het caravan park aankomen, blijkt de caretaker weer een chagrijnige man van in de 50 te zijn. Ik hoop niet dat deze trend zich de hele outback voortzet! Voor 25 AUD mogen we op een unpowered site staan.. Shit, best wel duur hier ook. Maarrrr er is een zwembad en luxekindjes als we zijn, hebben we na zo'n hete dag wel écht zo'n duik nodig hoor.

Na een verfrissende duik + douche is het tijd voor een steak op de barbie en daarna een luie avond in de (jaja!) TV room van de camping, totdat we daaruit gekickt worden omdat hij om 21.00 dicht gaat. Dan maar naar bed.

De volgende ochtend nemen we op aanraden van een van onze moeders ook een kijkje bij de prachtige dam van Cloncurry (die het dorp dus van water moet voorzien), die inderdaad enorm laag staat! Ze kunnen zeker wel wat regen gebruiken!

Het grappige vrouwtje van de UK had ons al verteld dat de rit tussen Cloncurry en Mt Isa wat interessanter zou zijn qua landschap, omdat het wat bergachtiger zou worden ('I think it looks a bit like Arizona... I've never been there though'). Dat klopt ook, het is een prachtige rotsachtige route! Een prettige afwisseling van al het plats van de afgelopen paar honderd kilometer.

Precies tussen Cloncurry en Mt Isa ligt een Mary Kathleen, het verlaten 'mijndorp'. Toen de mijn sloot, zijn alle huizen hier geveild (blijkbaar de grootste veiling in de geschiedenis van Australie) en zijn alleen de betonnen funderingen nog achtergebleven. Echt heel maf!! Je kunt dus nog zien waar de straten waren en het centrum (met een afgebrokkelde fontein en een bassin waar het zwembad was), maar nu is er alleen nog het overgebleven beton, een paar kangeroes en vee wat hier rondscharrelt. Weer een nieuwe verrassing in Australië, een geheel verlaten dorp! Onze kleine, grappige, UK moeder heeft ons verteld dat hier ergens nog een brievenbus moet staan met een dagboek erin. Ik vind het idee wel heel romantisch en kijk mijn ogen ernaar uit, maar ik kan hem helaas niet vinden!

De weg richting de mijn vanaf het dorp is behoorlijk hobbelig en bobbelig en ik bid maar heel hard dat we hier geen lekke band gaan krijgen, want dan hebben we echt een probleem. Ik zal er maar niet bij vertellen dat we nog wat 4x4 driving offroad hebben gedaan, want dat zou natuurlijk heel dom zijn in die situatie.

Gelukkig komen we heel aan bij de mijn en het is er prachtig, want hij bestaat uit uitgegraven lagen van rood, geel en wit gesteente, met daaronder een blauw meer (waar als het goed is alle machines nog in moeten liggen?). Hoewel het er heel mooi is, is het er ook heel heet en zijn er echt ONGELOOFLIJK veel vliegen, dus na een paar fotootjes geschoten te hebben, heb ik het wel weer gezien.

We redden het gelukkig het dorp uit zonder lekke banden of andere car trouble waar we nu zeker niet op zitten te wachten en rijden door naar Mt Isa, ineens een grote stad midden in de woestijn! Kan ook niet anders, want er zijn twee enorme mijnen in de buurt, waar natuurlijk heel veel mensen werken.

We nemen even een kijkje bij het uitzichtpunt en gaan daarna naar het infocentrum om te kijken wat hier te doen is, maar dan zijn vooral mining tours enzo en ik zie het niet zo erg zitten om een paar honderd meter onder de grond te verdwijnen. In het infocentrum draait een dvd over iemand die een tour maakt door de outback en beschrijft hoe het leven daar is en we moeten erg lachen, want het lijkt precies op onze ervaring op Paddys!

Na het infocentrum zoeken we een bbq op in een park voor 'smoko' en eten we onder de rook van de mijn, terwijl we de vliegen van ons eten afwapperen.. Dat is wel even wennen, het stikt hier echt van de zwarte vliegen, een vervelende bijkomstigheid van de outback blijkbaar.

Na de lunch gaan we nog wat dingen inslaan bij de Coles, aangezien we hier voor normale prijzen boodschappen kunnen doen (in tegenstelling dus tot veel outbackdorpjes met een winkel/tankstation) en daarna ga ik nog even naar de bieb om eindelijk mijn vlucht naar NZ te regelen. Op de heenweg kan ik dezelfde dag vliegen als mijn moeder, maar terug kan ik alleen een dagje eerder vliegen. Betekent dat als ik niet in Australie blijf na NZ, ik een dag eerder terug ben haha.

Aan het eind van de middag, gelukkig is de temperatuur dan een beetje gedaald, rijden we nog 150 km door naar Camoowael, waar we naar de station rijden om de hengel bij Neil's dochter af te leveren. De weg is nogal glibberig, het heeft hier duidelijk geregend. Gelukkig hebben we een 4x4!

Als we aan komen rijden en stoppen bij de 'sheds' (hier slapen ze gewoon in slaapkamers met airco en er is een fulltime kok!) worden we een beetje vreemd aangekeken, strangers on the station! Neil heeft ons een foto laten zien en ik herken Elizabeth op de veranda. Als ik uitstap vraag ik: 'Are you Elizabeth?' '.... Yes?' 'Yep, we got your rod'. 'Uh.. what?!' Haha, Neil wilde als verrassing houden dat we zouden komen en dat is duidelijk gelukt. We kletsen wat over de station en hoe ze werken (ze hebben hier 1.6 miljoen acres, 6000 head vee en musteren met een vliegtuig!) en daarna rijden we terug naar Camooweal om daar te kamperen.

Uitrusten voor een nieuwe dag reizen! Want dit is wel echt zo'n beetje het laatste stuk beschaving tot Tennant Creek, wat zo'n 500 km verderop ligt. Daarna is er weer 500 km niks, voordat we Alice Springs bereiken. Nu begint de spannende trip dus pas echt!




  • 18 Februari 2014 - 22:14

    Janneke Schalkwijk:

    Klinkt als een gezellige vent, die Neil ;-). Ben benieuwd naar wat voor avonturen jullie nu weer te wachten staan en natuurlijk naar Nieuw Zeeland...!

  • 22 Februari 2014 - 14:11

    Stoer Wijf:

    ;)

  • 06 Maart 2014 - 05:51

    Sanne Van Rijn:

    Jaa die Neil was erg leuk! :) En hij was erg opgelucht dat we de hengel ook echt afgeleverd hebben haha.

    Je nieuwe bijnaam mam!! Hoewel ik nog moet zien hoe het backpacken je vergaat.. ;)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sanne

Op avontuur!

Actief sinds 19 Sept. 2013
Verslag gelezen: 290
Totaal aantal bezoekers 22491

Voorgaande reizen:

20 September 2013 - 20 Maart 2013

Bangkok, Taipei, Sydney and beyond

Landen bezocht: